|
|
Dienen
Dienen
De laatste tijd confronteert de televisie ons steeds vaker met schrijnende en vooral beschamende beelden van mensen in verpleeghuizen. Mede door bezuinigingen zijn er steeds minder ‘handen aan het bed’, waardoor mensen soms een dag in de week helemaal dat bed niet meer uitgeholpen kunnen worden. In een commentaar werd de cynische vraag gesteld of je in een gevangenis vandaag de dag niet beter af bent dan in een verpleeghuis.
En dan zijn er nog de vele andere vormen van zorg die steeds meer op de tocht komen te staan.
“Wie van jullie de belangrijkste wil zijn, zal de anderen moeten dienen, en wie van jullie de eerste wil zijn, zal ieders dienaar moeten zijn, want ook de Mensenzoon is niet gekomen om gediend te worden, maar om te dienen ...”
Woorden uit het Evangelie naar Markus (tiende hoofdstuk), woorden van Jezus tot zijn leerlingen, woorden van Jezus over zichzelf. Woorden die het hart vormen van het hele Evangelie.
Kunnen wij dat meemaken? Is er niet van allerlei geschoven tussen die woorden en ons? Hoe lang is dat woord ‘dienen’ misbruikt om mensen klein te houden? Ik denk dan aan de ontelbare vrouwen die gehouden werden – en nog worden – aan een ‘dienend’ leven. Vrouwen die hun ouders tot het einde moeten verzorgen, waardoor dikwijls hun eigen verlangens onvervuld blijven. Vrouwen die de seksuele behoeften van hun mannen of – nog erger – van wildvreemde mannen moeten ‘dienen’.
Het is heel begrijpelijk dat het woord ‘dienen’ niet meer zo populair is. Opoffering die niet geheel vrijwillig vanuit jezelf komt, leidt onherroepelijk tot verlies van eigenwaarde. En daarmee is nog nooit iemand geholpen.
Het kon niet anders of de slinger moest naar de andere kant doorslaan. Zelfverwerkelijking werd het nieuwe ideaal. Maar ook zelfverwerkelijkte mensen kunnen ziek worden of dement. En wat te doen als op de dichte deuren van ziekenhuizen en verpleeghuizen steeds vaker komt te staan gesloten wegens personeelsgebrek?
Wat is het geheim van dat dienen waarover Jezus spreekt, dat Hij zelf doet? Is het niet het in de ogen van de ander de mens te ontdekken die je zelf ook bent? In die ander de mens te zien die er op gebouwd is te worden wie hij of zij in de knop al is? Is dat niet de echte liefde: de ander te kunnen zien zoals zij of hij van Godswege is bedoeld? Om geleider van die bestemming te zijn? Verwerkelijk je dan niet tegelijk je eigen bestemming?
ds. Reinier Beltman
| terug
|
|
|
|
|
|